
In mijn jeugd kreeg ik te horen dat ik nooit meer mocht sporten. Pas jaren later werd duidelijk dat ik reuma/ fibromyalgie heb. Inmiddels, 10 jaar, 13 marathons en 4 Ironman 70.3’s verder, heb ik de doktoren het tegendeel bewezen.
Trainen voor een Ironman doe je niet alleen in de acht maanden voorafgaand aan de race. Het is een proces van jaren. Elke training, elke tegenslag, elke overwinning heeft me hier naartoe gebracht. Op 29 juni ging mijn droom in vervulling.
SWIM – 3,8 km
Zwemmen is al jaren het onderdeel dat mij weerhoudt van deze stap. De afgelopen maanden heb ik keihard gewerkt om mijn angst te overwinnen. Helaas liep het anders.
Met een watertemperatuur van 24,7 graden was het een non-wetsuit swim. Vanaf de start was het chaos: duwen, trekken, geen moment rust om mijn eigen slag te vinden. De drukte was zo extreem dat ik er blauwe plekken aan overhield en met bloedende vingers de fiets op stapte.
Alsof dat nog niet genoeg was, voelde ik me al vóór de start misselijk. Tijdens het zwemmen werd dit erger. Halverwege raakte ik volledig in paniek. Ik huilde zo hard dat omstanders om hulp riepen. Binnen no-time lagen er drie boten en een kajak naast me, klaar om me uit de wedstrijd te halen. Maar stoppen? Dat was geen optie.
Een vrouw in de kajak begeleidde me met ademhalingsoefeningen en peddelde mee tot de zwemfinish. Het was verre van de start die ik had gehoopt, maar ik wist dat ik door moest. Focus op kalmeren, eten, en niet nog meer overgeven. Zwemmen: check. Nu door.
-2000x3001.jpg?u=1755518589606)

BIKE – 180 km
Ik was nog geen minuut onderweg of een Duitser begon kilometerslang tegen me te schreeuwen. Alsof dat niet genoeg was, kreeg ik in de eerste 30 km een penalty. Na flink discussiëren wist ik er vanaf te komen maar, dat kostte bijna meer tijd dan de penalty zelf.
Toen ik eenmaal mijn eigen tempo en ritme vond, begon ik te genieten. Het was heet, maar de omgeving maakte veel goed. Op de klimmen haalde ik veel mannen in, maar op de afdalingen kwamen ze me dubbel zo hard voorbij. In ronde twee voelden mijn benen zwaarder, dus koos ik bewust voor een rustiger tempo. Het laatste stuk naar Frankfurt vloog ik naar beneden, klaar voor de marathon.
RUN – 42,2 km
Mijn droomtijd was een sub 4 uur, maar door de warmte (34 graden Celcius) luisterde ik naar mijn coach en startte rustig. Dat bleek de beste beslissing van de dag.
Geen moment ben ik ingestort. Ik voelde me sterk, steady en gefocust. Had het sneller gekund? Ja. Maar met de hitte van die dag heb ik de juiste keuze gemaakt. Het gevoel van kracht en controle tijdens deze marathon had ik nog nooit eerder ervaren en dat uitgerekend tijdens mijn eerste volledige Ironman.
Ik dacht altijd dat mijn lichaam mijn grootste beperking was. Maar in Frankfurt ontdekte ik dat mijn kracht nooit in mijn spieren heeft gezeten, maar in mijn hart.
Elke traan in het water, elke klim op de fiets, elke stap in de hitte, het bracht me dichter bij die finishlijn. En toen ik daar overheen kwam, wist ik: dit is meer dan een medaille. Dit is het bewijs dat niets, écht niets, onmogelijk is.
ANYTHING IS POSSIBLE

